Doelen en resultaten van ons onderwijs |
Sociale ontwikkeling leerlingen |
Ontwikkeling personeel |
Burgerschap |
Wat is burgerschaponderwijs?
Burgerschapsonderwijs gaat over de ontwikkeling van leerlingen tot democratische burgers. Zij krijgen daarvoor kennis en vaardigheden aangeboden, ze worden gestimuleerd eigen opvattingen te ontwikkelen en een democratische houding te vormen. De kern wordt gevormd door democratie en diversiteit, afgeleid van de wettelijke opdracht.
Bij burgerschapsonderwijs staan drie basiswaarden centraal die van belang zijn in de democratische, pluriforme samenleving: vrijheid, gelijkheid en solidariteit. Ook leren de leerlingen over historische contexten waar de drie basiswaarden, maar ook democratie en de democratische rechtsstaat uit zijn voortgekomen.
Voor leerlingen is de school een oefenplaats voor democratie en het omgaan met diversiteit. Leerlingen leren hoe ze actief kunnen meedoen in een democratische cultuur. Ze leren over besluitvormingsprocessen en de invloed die zij hierop kunnen uitoefenen – passend bij hun situatie en mogelijkheden.
Burgerschapsonderwijs daagt leerlingen ook uit om verbanden te leggen tussen hun eigen leefwerelden en grotere (mondiale) maatschappelijke vraagstukken. Het gaat om globalisering, duurzaamheid en technologie. Leerlingen leren kritisch na te denken en te reflecteren op complexe, vaak ethisch geladen vraagstukken. Door het ontdekken van mogelijkheden om zelf iets te doen aan deze vraagstukken, ontwikkelen leerlingen een actieve houding. Zij leren in gesprek te gaan met anderen en elkaars standpunten te bevragen. Zo ontwikkelen zij hun eigen opvattingen.
Brede kijk
Wij gaan uit van een brede blik, burgerschap betekent voor onze school wereldburgerschap in. Als leerkracht help je je leerlingen kritische en zelfstandige wereldburgers te worden, zodat ze vandaag en morgen kunnen leven, leren en werken in onze diverse samenleving.
Voor leerlingen begint de wereld op school. Op school zijn zij onderdeel van een micro-samenleving waarin ze in aanraking komen met verschillende personen, denkwijzen, culturen, religies, sociaaleconomische klassen, en uiteraard lesonderwerpen. Het onderdeel zijn van deze micro-maatschappij draagt al bij aan een deel van de doelen van burgerschapsonderwijs.
Hoe zien onze leerlingen eruit als wereldburgers?
In aansluiting daarop is de keus gemaakt om Blink Wereld Geïntegreerd te gebruiken als leerlijn voor de vormgeving van dit onderdeel. Daarnaast wordt de Kanjertraining ingezet.
Blink Wereld
In Blink Wereld staat onderzoekend en ontdekkend leren centraal waarbij de echte wereld het uitgangspunt is. Blink Wereld laat kinderen zich verwonderen en maakt ze nieuwsgierig naar de wereld. Ze leren onderzoeken, zelf nadenken, de wereld ervaren en ontdekken - zodat ze actief hun kennis over de wereld vergroten en hun plek in de wereld vinden. Daar is burgerschap een integraal onderdeel van en in die zin vanuit de aanpak van Blink Wereld geen los vak. Een uitspraak van onderwijsfilosoof Gert Biesta verwoordt dit goed: ‘Het gaat er niet alleen om hoe we de wereld in onze kinderen krijgen, het gaat er ook om hoe we onze kinderen kunnen helpen om de verbinding met de wereld aan te gaan en op die manier in de wereld te komen’.
Goed burgerschapsonderwijs gaat dus over kinderen toerusten om op basis van eigen idealen, maatschappelijke waarden en normen te functioneren in een democratische en diverse samenleving. Wat de kinderen precies gaan tegenkomen in de samenleving weten we niet, dus precies voorschrijven wat in welke situatie wel en niet kan is niet mogelijk en niet wenselijk. Ze krijgen kennis en vaardigheden aangeboden en worden gestimuleerd eigen opvattingen te ontwikkelen en een democratische houding te vormen.
Om dit mogelijk te maken worden in Blink Wereld veel verschillende situaties en contexten uit de echte wereld aangeboden waartoe kinderen zich gaan verhouden. Zo richten ze in het thema "Stem op mijn partij" een politieke partij op. Met deze partij proberen de kinderen een wereldprobleem op te lossen. In de lessen leren ze eerst over de opwarmende aarde, vieze rivieren (Europese samenwerking), morele dilemma’s en opkomen voor je recht. Ze kiezen een probleem, onderzoeken de oplossingen en presenteren hun partij, hun probleem en hun oplossing aan de klas. Dan volgen de verkiezingen.
Daarnaast doen kinderen ervaringen op en ontwikkelen zij handelingsperspectieven. Dat gebeurt in Blink Wereld door ze actief aan de slag te laten gaan met onderwerpen die een spanning kennen tussen individuele en collectieve belangen of waarden of tussen verschillende collectieve belangen of waarden. Dat gaat over sociale, maatschappelijke en politieke onderwerpen, waarin we als mensen afhankelijk zijn van elkaar om tot een goede uitkomst te komen. Via het lesmateriaal worden dit soort spanningen, belangen- en waardentegenstellingen in de klas gebracht en krijgen kinderen kennis en vaardigheden aangereikt waarover ze zelf nadenken en met elkaar in gesprek gaan en zo tot (nieuwe) inzichten, besluiten en oplossingen te komen. Daarmee kan het klaslokaal een minimaatschappij worden waarin je kinderen toerust voor hun toekomstige rol als burger. Zo stel je ze in staat om zich niet alleen in de huidige samenleving te handelen maar ook andere mogelijke inrichtingen van de samenleving te verbeelden. Zo beleven kinderen in les 2 van het thema Stem op mijn partij dat om gezamenlijke problemen op te lossen, de EU vaak samenwerkt. De kinderen ervaren hoe dat is door samen na te denken over het probleem van de vieze rivieren die door meerdere landen stromen. Ze onderzoeken welke gevolgen watervervuiling heeft voor hun EU-land en ontdekken dat je soms moet samenwerken om een probleem op te lossen. In les 3 Morele dilemma’s zien ze dat deze vaak voor grote politieke discussies zorgen. In deze les vormen de kinderen hun mening over klonen en andere nieuwe manieren van voortplanting. Ze ontdekken dat je je pas een goede mening kunt vormen als je de voor- en tegenargumenten kent. Vervolgens zien ze dat de bevolking het soms niet eens is met de politiek. En dat je dan kunt opkomen voor je rechten. Hoe? Dat ontdekken en ervaren ze in les 4 Opkomen voor je recht.
In de manier waarop het lesmateriaal van Blink Wereld is opgezet is er dus niet alleen aandacht voor de kerndoelen van wereldoriëntatie (en dus de kwalificatie), maar door het uitgangspunt van onderzoekend en ontdekkend leren ‘automatisch’ ook veel ruimte voor ‘socialisatie’, ‘persoonsvorming’ en naast ‘leren’ ook voor ‘ervaren’. Kinderen leren in Blink Wereld bijvoorbeeld niet alleen over WOII (wie, wat, waar en hoe etc.) maar ook over wat al dan niet gewenst of mogelijk gedrag is (wel of geen verzet of collaboratie) en worden zich bewust van eigen denken en doen op basis van dilemma’s en het inleven in diverse situaties aan de hand van bijvoorbeeld ooggetuigenverslagen (Wat zou ik in zo’n situatie doen en waarom?).
Kanjertraining
Op OBS De Anwende wordt De Kanjertraining ingezet van groep 1 t/m 8. De Kanjertraining heeft tot doel sociale problemen zoals pesten, conflicten, uitsluiting en sociaal teruggetrokken gedrag te voorkomen of te verminderen en het welbevinden te vergroten bij kinderen.
Om deze doelen te bereiken wordt in de training gewerkt aan vier voorwaardelijke doelen:
1 Kennis: kinderen hebben kennis en inzicht in gedrag en de gevolgen hiervan voor de ander.
2 Vaardigheden: kinderen hebben meer sociale vaardigheden en minder meeloopgedrag.
3 Motivatie: kinderen zijn meer gemotiveerd om zich sociaal te gedragen.
4 Verantwoordelijkheidsbesef: kinderen zijn zich bewust dat je kunt kiezen hoe je je gedraagt en ervaren hierin meer zelfvertrouwen.
In het onderwijs heeft bovenstaande tot doel een veilige sfeer in de klas en op school te creëren.
Aanpak: De Kanjertraining wordt schoolbreed ingezet en bevat lessen die wekelijks of om de week gegeven kunnen worden. De aanpak van de Kanjertraining komt ook tot uiting in leerkrachtgedrag, schoolbeleid en ouderparticipatie.
De meeste opdrachten zijn gebaseerd op sociale integratie en actief burgerschap. Het kernconcept democratie komt minder aan de orde, maar thema's als participatie en identiteit krijgen wel de nodige aandacht. Er is veel aandacht voor de didactische aspecten kritische meningsvorming, respectvol communiceren en samenwerken met elkaar, verkennen van de eigen identiteit, kritische reflecteren op zichzelf en op anderen.
Leerlingen worden uitgenodigd tot kritische meningsvorming onder andere door te discussiëren. Er is veel aandacht voor het vormen van een eigen mening en voor discussiëren, waarbij gebruik gemaakt wordt van argumenteren om een eigen standpunt te verdedigen. Aandacht is voor het verzamelen van informatie en het lezen en volgen van media en het gebruik van internet komt aan de orde in onze taalmethode.
Veel activiteiten nodigen leerlingen uit tot respectvolle communicatie. Zo is er ruim aandacht voor het delen van eigen gevoelens en ervaringen, het verplaatsen in de ander en het aangaan van een dialoog. Bij het onderdeel dialoog aangaan, blijkt dat leerlingen reflecteren op eigen opvattingen en leren omgaan met kritiek.
Leerlingen worden uitgenodigd tot respectvol samenwerken. Zo is er veel aandacht voor het samenspelen en samenwerken, ook in gemengde groepen. Daarbij wordt leerlingen geleerd overeenkomsten en verschillen tussen mensen te zien en te waarderen, en te zorgen voor een positieve werkrelatie en een goed gespreksklimaat. Bij dit alles reflecteren ze veelvuldig op hun eigen gedrag en dat van anderen.
Er zijn veel activiteiten die gericht zijn op persoonlijke identificatie en verkennen van de eigen identiteit en leefwereld en achtergronden van leerlingen. Wat betreft identiteit gaat het daarbij vooral om voorkeuren, opvattingen, capaciteiten, mogelijkheden en beperkingen van leerlingen.
Door specifieke activiteiten worden leerlingen uitgenodigd tot kritische reflectie, zo is er veel aandacht voor reflectie op eigen gedrag en reflectie op het gedrag en leven van anderen. Reflectie op de rol van mensen- en kinderrechten in het dagelijks leven en reflectie op vormen van discriminatie in het dagelijks leven krijgen echter geen aandacht via de kanjertraining. Dit komt wel aan de orde bij het bekijken van de dagelijkse uitzending van het Jeugdjournaal.
Leerlingen worden middels een groot aantal activiteiten uitgenodigd tot discussie. Er is aandacht is voor het formuleren van argumenten, het verdedigen van een eigen standpunt in een discussie, het begrijpen en weergeven van standpunten van anderen, het bieden van ruimte voor standpunten van anderen en, waar nodig, het bijstellen van het eigen standpunt.
Er zijn activiteiten die gericht zijn op het behartigen van belangen van anderen, zoals het opkomen voor anderen, maar er is geen aandacht voor het verwoorden van de standpunten van een groep, het werven van medestanders of voor onderhandelen.
Wat betreft het uitnodigen van leerlingen tot het hanteren van conflicten, is er veel aandacht voor het benoemen en bespreekbaar maken van problemen in de klas, het aandragen van oplossingen, het bijdragen van een goed gespreksklimaat en het bemiddelen bij conflicten op schoolniveau.
Er zijn activiteiten die leerlingen uitnodigen tot het initiëren en organiseren van activiteiten gericht op verbetering van de leefbaarheid in de klas. Er is veel aandacht voor het helpen van medeleerlingen en meedenken over verbetering van de leefbaarheid in de klas.
Extra activiteiten
Naast de inzet van Blink en de Kanjertraining bieden wij als school extra activiteiten aan die zorgen voor verbreding en versteviging van het aanbod.
Meten van de resultaten
De resultaten van het burgerschapsonderwijs worden jaarlijk gemeten door middel van afname van een vragenlijst bij de leerlingen van groep 7 en 8.